Kropswolde - dorp in Groningen
Kropswolde
Kropswolde is een wegdorp langs de Woldweg dat in de 15e eeuw ten oosten van het Zuidlaardermeer is ontstaan als veenkolonie. Verveningsactiviteiten waren er al vroeger, vanaf de 13e eeuw door monniken van Aduard en door het dochterklooster Essen aan de andere kant van de Hunze. Klooster Essen had in 1249 onenigheid met de inwoners van Crepeswolde over bepaalde kavels van de te ontginnen grond. Dit klooster stichtte hier een kapel die bekend is geworden dankzij een miraculeus Mariabeeld. In 1409 is een afaat van veertig dagen voor bezoekers aan het beeld gedocumenteerd. Mogelijk heeft dit gestimuleerd tot bedevaarten.
De in de middeleeuwen begonnen verveningen die het dorp deden ontstaan, zijn in de 15e eeuw voortgezet door turfgravers uit Groningen. Hierdoor is Kropswolde een van de oudere dorpen van het Gorecht en de oudste veenkolonie van het gebied van HoogezandSappemeer. Tot in de 17e eeuw was de Stad er de grootste veenbaas. De dalgronden werden daarna voor de akkerbouw benut.
Ter vervanging van een ouder gebouw is in 1773 een nieuwe kerk aan de Woldweg gebouwd, een driezijdig gesloten zaalkerk waarvan de muren geleed zijn met lisenen die aan de onderzijde uitzwenken. De vrijstaande klokkentoren is in 1888 vervangen door de huidige geveltoren van vier geledingen, een balustrade en een ingesnoerde spits.
De in het noorden aan weerszijden en in het zuiden vooral aan de oostzijde staande bebouwing bestaat voornamelijk uit eenvoudige huizen en een paar boerderijen. In het noorden, dicht bij de spoorweg, werd in 1923 korenmolen De Hoop gebouwd ter vervanging van een ouder exemplaar dat al van 1787 dateerde. Het is een achtkante met riet gedekte bovenkruier op een houten basement. Het stationsgebouw aan de in 1868 aangelegde spoorlijn Groningen-Winschoten verrees in 1915 met een hoge – met de dienstwoning op de verdieping – en lage vleugel. Het gebouw functioneert nu als galerie.
Colofon
Bron: Noordboek