Holwierde - dorp in Groningen
Holwierde
Holwierde is een wierdedorp dat in de vroege middeleeuwen is ontstaan op een oeverwal die kunstmatig is verhoogd. Oostelijk lag de wierde Katmis. Hier zou Hathebrand, in 1183 de stichter van het dubbelklooster Feldwerk of Oldenklooster ten noordwesten van Holwierde, hebben gewoond. Holwierde wordt in 1247 voor het eerst genoemd. Oude namen zijn Halwirth en Halfwirth. Het dorp kreeg in de late middeleeuwen een goede verbinding over het water door de Groote Heekt richting het Damsterdiep. De wierdebuurt Katmis groeide in de loop van de 19de eeuw aan Holwierde vast.
Het dorp heeft zeer geleden van het oorlogsgeweld in de laatste maand van de Tweede Wereldoorlog. Veel bebouwing dateert van na deze dramatische maand. Bij Holwierde heeft tot in de 17e eeuw de borg Eisingeheem gestaan die toen vervangen is door een boerderij. Deze is in de laatste oorlogsmaand vernietigd.
Al eerder is het hoogtepunt van het dorpssilhouet verloren gegaan. Net als in Onstwedde en Schildwolde stond hier een zogenoemde juffertoren. Deze van Holwierde was met zijn hoogte van 203 voet, dat is ruim 60 meter, een baken voor zeevarenden op de Eems. In 1806 is de stenen helmspits van de toren afgehaald en in 1836 stortte hij in. Nadat de resten in 1855 waren opgeruimd, is het huidige geveltorentje op de westgevel geplaatst. De aan SintNicolaas gewijde kerk bestaat uit een romaans schip uit de 11e eeuw dat in de 14e eeuw een romano-gotische dwarsbeuk en een gotisch koor kreeg. De kerk bezit onder de deels overwelfde ruimte bijzonder meubilair, onder meer een laatgotisch houten oxaal.
De bebouwing van de Hoofdweg, Fivelweg, Gedempte Haven en Nansumerweg is niet oud. Voorzover deze na oorlogsschade niet is vervangen, dateren de woningen uit de periode rond 1900. Alleen aan de zuidelijke en noordelijke uitlopers van de hoofdweg staan burgerwoningen en villa’s in expressionistische trant uit de jaren dertig.
Colofon
Bron: Noordboek