Bourtange - dorp in Groningen
Bourtange
In 1580 begon men met de aanleg van het vestingdorp Bourtange. Tussen uitgestrekte moerasgebieden lag een zandrug. Een strategische plek, want hierover liep de enig begaanbare weg van het Duitse Lingen naar Groningen. Diederik Sonnoy beval er een schans op te werpen. In 1593 is het verdedigingswerk in opdracht van stadhouder Willem Lodewijk versterkt naar plannen van Adriaen Anthonisz.
De toen niet door burgers bewoonde radiale vesting met vijf bastions speelde een belangrijke rol bij het beleg van Groningen in 1594. In 1607 kwamen er aan de oostzijde twee ravelijnen bij, een kroonwerk en een contrescarp en in 1645 twee hoornwerken. Daarna kreeg de structuur van radiale wegen vanuit het centrale marktplein geleidelijk gestalte. De vesting hield stand tijdens Münsterse aanvallen in 1665 en 1672. De vesting bereikte in 1742 zijn grootste omvang. Hoe sterk ook, de vesting verloor aan het eind van de 18e eeuw aan betekenis.
In 1851 is de vesting opgeheven en werden de vestinggronden herverkaveld. Bourtange werd een agrarisch dorp zoals andere dorpen en gehuchten in de omgeving. Na de oorlog liep het geleidelijk leeg en de gemeente besloot in 1964 de vesting in zijn grootste omvang te reconstrueren. Het werk is in 1972 begonnen en aan het einde van de jaren negentig afgerond.
Voor cultuurtoerisme is de betekenis nauwelijks te overschatten. Het zeszijdige plein met de uitwaaierende straten met het Commandeurslogement, het Majoorslogement, het dubbele kapiteinshuis, allemaal 17de-eeuws en zelfs het jonge café annex schoolmeestershuis uit 1888 werkt mee aan het complete beeld van het vestingdorp. Even verder naar achteren staat de in 1869 gebouwde garnizoenskerk met vlakbij het gereconstrueerde Landshuis en in de Batterijstraat de voormalige synagoge van 1842. Op en in enkele bastions en wallen zijn militaire gebouwen herrezen. Achter een van de bastions is de standerdmolen, in 1832 naar Ter Haar overgebracht, gereconstrueerd.
Colofon
Bron: Noordboek